België verbergt al 600 jaar een schat

Zeshonderd jaar geleden regeerden de hertogen van Bourgondië over Brussel. Deze rijke en machtige vorsten en gecultiveerde mecenassen stellen een van de meest prestigieuze handschriftenverzamelingen ter wereld samen, een bijzondere schat.

De verzameling wordt begonnen door Filips de Stoute (1342-1404). Na de dood van Karel de Stoute in 1477 bestaat de hertogelijke bibliotheek uit meer dan 900 handschriften, waarvan een derde vandaag bewaard blijft in KBR.

Op de kruising van middeleeuwen en de moderne tijd bestrijkt deze “Librije” alle domeinen van de wetenschap en bevat ze zeer belangrijke teksten uit de middeleeuwse literatuur. Ze behoort tot de grootste bibliotheken van haar tijd, naast die van de Franse koningen, de Medici of de pauselijke bibliotheek. De handschriften worden verlucht door de beste miniaturisten van de 15de eeuw, van wie sommigen even beroemd zijn als Jan Van Eyck.

 

 

Hertogen als trendsetters

Onder Filips de Goede breidt de hertogelijke bibliotheek aanzienlijk uit. Onder zijn bewind – dat bijna vijftig jaar duurt – bereikt de macht van Bourgondië zijn hoogtepunt. De hertog is een groot kunstliefhebber en bibliofiel en plaatst de ene prestigieuze opdracht na de andere. De beste miniaturisten uit zijn tijd illustreren de handschriften die voor hem worden gemaakt. Op deze manier geeft hij een nieuwe impuls aan de kunst van het boek.

Adel, clerus, burgerij en stedelijke overheden, allemaal volgen ze het voobeeld van de Grote Hertog van het Westen. Ze plaatsen talrijke bestellingen bij de ateliers van kopiisten, verluchters en boekbinders. Er ontstaat een soort ‘canon’ van het Bourgondische luxehandschrift: uitvoering op perkament, groot formaat, rijkelijk geïllustreerd, een boekband van kwaliteit, een bladspiegel met veel witruimte en een voorkeur voor het lettertype van de Bourgondische bastarda.

 

Bijzonder diverse collectie

De bibliotheek van de Bourgondische hertogen raakt alle domeinen van het middeleeuwse denken: literatuur, antieke geschiedenis, wetenschappen, moraal, religie, filosofie, maar ook het recht, poëzie en ridderromans. De oudste werken dateren van de 13de eeuw, de recentste van het einde van het feodale tijdperk. Veel werken worden op uitdrukkelijk verzoek van de hertogen geschreven door beroemde kopiisten zoals Jean Miélot, Jean Wauquelin en David Aubert.

Onderzoekers zijn het erover eens dat handschriften als de Chroniques de Hainaut van Jacques de Guise, de Heures du duc de Berry, het Peterborough Psalter, de Histoires de Charles Martel, de Roman de Gérart de Nevers of ook de Croniques et Conquestes de Charlemagne tot de 50 meest prestigieuze handschriften wereldwijd behoren.

Doorblader de gedigitaliseerde handschriften

 

De kiem van de KBR-collectie

Sommige werken vergezellen de rondreizende hertogen, maar het grootste deel blijft in de bibliotheek van het paleis op de Coudenberg, in Brussel.

Na de dood van Karel de Stoute wordt de hertogelijke bibliotheek doorgegeven aan zijn nakomelingen, maar de verzameling handschriften krijgt het hard te verduren. De collectie wordt aan zichzelf overgelaten en moet plunderingen en diefstallen doorstaan.

In 1559 verzamelt Filips II alle handschriften in het Coudenbergpaleis en richt hij de Koninklijke Bibliotheek van de Nederlanden op, de rechtstreekse voorloper van KBR. De hertogelijke bibliotheek vormt dus de kern van de huidige nationale bibliotheek van België.

 

Anoniem & Bartholomaeus Momper, Le Koert du Bruxselles: het Coudenbergpaleis (S.II 11445)

 

Een bewogen geschiedenis

Een collectie die branden overleefde

In de winter van 1731 verwoest een brand grote delen van het Coudenbergpaleis, waar de handschriftencollectie wordt bewaard. Dienstboden gooien de boeken uit de ramen van de toren van het paleis en geven daarbij voorrang aan de meest prestigieuze handschriften. Heel wat handgeschreven boeken moeten toen verloren zijn gegaan.

Na de brand verhuizen de handschriften naar het gelijkvloers van de grote kapel in het paleis. Die bleef immers gespaard van de brand. Bijna honderd jaar later, in 1827, slaat het noodlot helaas nog een keer toe. Er breekt brand uit op de hoogste verdiepingen van het Paleis van Karel van Lotharingen in Brussel, waar de Koninklijke Bibliotheek ondertussen is ondergebracht. Het vuur krijgt de handschriften niet te pakken, maar het bluswater brengt onherstelbare schade toe. Tientallen boekbanden van leder en perkament overleven de waterschade niet.

 

Franse bezetting

Tijdens de Franse bezetting van Brussel vanaf 1746 wordt ongeveer de helft van de Bourgondische handschriften naar Parijs overgebracht. In 1770 keren de meeste volumes terug naar Brussel, maar de vreedzame periode die volgt op de verdragen van Aken is van korte duur. De commissarissen van de Franse Republiek brengen in 1794 weer een groot deel van de handschriften van de hertogen van Bourgondië over naar Parijs. Pas na de nederlaag van Napoleon en het Congres van Wenen in de vroege negentiende eeuw keren de meeste door Frankrijk in beslag genomen handschriften terug naar Brussel. Sommige werken blijven in Parijs, terwijl handschriften die oorspronkelijk geen deel uitmaakten van de Librije ook naar Brussel worden gebracht.

 

Anoniem, Zicht op de binnenkoer van het Coudenbergpaleis tijdens de brand op 3 februari 1731 (S.III 24727)

 

Ontdek deze schat

Wanneer je de bewogen geschiedenis van de Librije leest, lijkt het een wonder dat er nog zo’n 300 handschriften uit de collectie van de hertogen van Bourgondië bijeen gebleven zijn. De huidige collectie, die in de Handschriftenafdeling van KBR bewaard wordt, bevat nu ongeveer één derde van de 1.000 handschriften die vermeld werden in een inventaris uit de vijftiende eeuw. Een honderdtal andere werken bevindt zich in andere Europese of Amerikaanse collecties. Ook in privéverzamelingen blijven hier en daar nog handschriften van de Bourgondische hertogen verborgen.

KBR opende haar schatkist en deelt ze deze parels nu met u in het KBR museum.

 

Ontdek KBR museum Koop uw museumticket